Wat te doen bij het leed dat ‘snurkende partner’ heet: ‘Hij gaat zelfs zo hard dat ik hem buiten al hoor’

Vorig jaar werd bekend dat steeds meer mannen hun snurkproblemen willen oplossen ten opzichte van vorige jaren. En dat is kennelijk nodig. Toen LINDA. een oproep plaatste voor verhalen over snurkende partners, begaf de inbox het bijna.

Jullie zijn met velen, da’s wel duidelijk. Hieronder vind je een aantal van de ingezonden ervaringen, gewoon omdat het fijn is om te weten dat je niet de enige bent. Ook deelt een expert nog wat advies.

Next level snurken

Eerst een bloemlezing uit de ingezonden mails, die de situatie lekker treffend omschrijven. Zo begon het gesnurk van Sandra’s (42) partner ooit licht, maar is dat nu wel anders. “Het is zó erg dat zelfs mijn katten er van weg lopen. Ik denk dat ik al zo’n vierhonderd euro aan oordoppen heb uitgegeven, maar ik word er steeds agressiever van. Soms kan ik hem wel iets aandoen als hij na drie minuten slapend ronkt en ik wéér wakker lig.”

Een mond dichttapen ging wat ver, maar Myrte (36) en haar man hebben verder alle trucs al geprobeerd: bed bij het raam, andere tandpasta, bitjes, een ander kussen én apart slapen. “Maar je hoort zijn gesnurk door het hele huis. Hij gaat zelfs zo hard dat ik hem buiten al hoor, als ik terugkom van mijn late dienst.” Ook de partner van Ann (44) kan er wat van. “Ik troost mezelf met het idee dat ik tegen de tijd dat we in het rusthuis zitten waarschijnlijk potdoof ben. Eindelijk rust.”

73 decibel

Francisca (41) is naar eigen zeggen een zeer diepe slaper, die ‘nog niet wakker wordt van een bom naast het bed’. Tot ze Mathijs ontmoet. “Ik wilde hem niet in verlegenheid brengen, dus ik duwde mijn oordoppen gewoon wat dieper in mijn oren. Maar ja, als de campingburen van drie tenten verderop ’s ochtends lachend vragen of Mathijs nog lekker geslapen heeft, kun je er niet echt meer onderuit.”

Na een aantal jaar blijkt uit slaaponderzoek dat haar lief snurkt op 73 decibel en dat hij serieuze slaapapneu heeft, met 43 ademstops per uur. “Dat is op zijn leeftijd gevaarlijk, dus ik wil vooral mijn verhaal delen om duidelijk te maken dat je snurken niet zomaar moet negeren. Er kan echt een medische oorzaak zijn.”

Ook de partner van Geja (59) bleek apneu te hebben. “Na allerlei huis-tuin-en-keuken trucs kreeg hij eindelijk een CPAP-apparaat aangemeten. Ik verwachtte hier eerlijk gezegd niets van, maar hij slaapt vanaf dat moment geruisloos. Wát een uitkomst. En niets om je voor te schamen, want een goede nachtrust is gezond en ontzettend belangrijk.”

Apart slapen

De man van Paula (35) snurkt zo hard dat ze regelmatig rechtop in bed zit, geschrokken van zijn uithalen. En de ironie is: ze hebben een zoon van drie maanden, maar die slaapt als een zonnetje. “Die maakt zeven tot acht uur per nacht, hij is het probleem niet. Ik lig veel vaker wakker door mijn vent dan door mijn baby.”

Bij Marjanne (55) bemoeit de buurt zich zelfs met het gesnurk van haar man. “Ze klagen erover, en ik grap altijd dat geen boom in onze woonplaats nog overeind staat. Hij is echt kampioen. Jaren terug heeft hij zijn keel laten bewerken met radiogolven, in de hoop dat het weefsel stugger zou worden. Deed niets. Daarna heeft hij zijn huig laten verwijderen, ook zonder resultaat. Hij snurkt nog net zo hard, maar verslikt zich nu ook nog eens sneller.”

Ze slapen daarom in aparte slaapkamers, al zeven jaar lang. “Je slaapt natuurlijk liever bij elkaar, maar we hebben allebei een heel fijne kamer met tweepersoonsbed. Elke ochtend drinken we samen gezellig koffie en het heeft geen impact op ons seksleven. We plannen dat gewoon op andere momenten. ‘Bij jou of bij mij?’ is dan de vraag. Het is goed zo, je moet er denk ik geen groot probleem van maken. Wij denken in mogelijkheden.”

Wat zijn je opties?

In Nederland zijn meer dan een miljoen mensen die overmatig snurken, waarvan naar schatting tussen de 300.000 en 600.000 mensen last hebben van slaapapneu. Maurits de Ruiter is kaakchirurg en voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Tandheelkundige Slaapgeneeskunde, en vertelt je meer over de opties die een overijverige snurker heeft.

Een slaappositietrainer bijvoorbeeld, een borstband die trilt zodra je op je rug gaat liggen. In rugligging is de kans groter dat je snurkt, omdat je kaak en de basis van je tong naar achter ‘vallen’ en een blokkade vormen voor je luchtweg. Een CPAP-masker, dat vaak wordt ingezet voor apneupatiënten, kun je ook gebruiken als je ‘alleen maar’ snurkt, vertelt De Ruiter. “Deze past zich aan naar jouw ademhalingsritme. Het werkt als een soort omgekeerde stofzuiger, die via luchtdruk zuurstof naar binnen perst. Als je het geld ervoor over hebt, kun je die gewoon kopen.”

Snurkbeugel

Zo’n masker is wel meteen een flinke stap voor veel mensen. Daarom adviseert De Ruiter ook eens te kijken naar een goede snurkbeugel. “Apneu is een officiële diagnose, maar snurken niet. Daardoor zijn anti-snurkproducten vrij verkrijgbaar, maar niet altijd van even goede kwaliteit”, aldus De Ruiter.

“‘Boil and bite’ bitjes kunnen helpen als je goed weet wat je moet doen, maar als je die verkeerd gebruikt leidt het juist tot extra pijnklachten. Daarnaast zijn ze niet echt comfortabel. Je hebt ook een variëteit aan snurkbeugels, maar die komen ook niet allemaal even goed uit de verf in onderzoeken.” De kaakchirurg tipt daarom de MRA-beugel. “Deze beugel trekt je onderkaak iets naar voren, waarmee hij de luchtweg vrij maakt. Het werkt bij 80 tot 90 procent van de snurkers.”

Onderzoek

Voordat je overgaat tot aanschaf van zo’n beugel – je bent al snel 300 tot 500 euro verder – adviseert hij altijd om eerst een slaaponderzoek te doen. “Het is altijd goed om te weten of je apneu hebt of niet. De klachten zijn namelijk variabel, niet iedereen heeft enorm veel ademstops. Blijk je apneu te hebben, in meer of mindere mate, kan het zijn dat hulpmiddelen wél vergoed worden. Dat scheelt. En het biedt je meer inzicht in je eigen gezondheid, wat belangrijk is qua risico’s op de lange termijn.”

Er zijn écht mogelijkheden om de stevig snurkende medemens verder te helpen, benadrukt De Ruiter. “Maar dan moeten we het met zijn allen wel beter bespreekbaar maken.”

Bron: Ellen Hensbergen | Linda.nl